Verlenging tot 30 juni 2021 van veertien maatregelen bij justitie tegen Covid-19
Het blijft noodzakelijk om fysieke contacten en ontmoetingen van mensen te vermijden.

De wet van 20 december 2020 houdt diverse tijdelijke en structurele bepalingen in inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus. Een reeks maatregelen die deze wet invoert zijn van kracht tot en met 31 maart 2021. Er wordt voorgesteld deze te verlengen met drie maanden, tot 30 juni 2021.
Het blijft noodzakelijk om fysieke contacten en ontmoetingen van mensen te vermijden wanneer ze niet absoluut noodzakelijk zijn. De volgende maatregelen worden met name verlengd
· de eedaflegging bij schriftelijke verklaring;
· de tijdelijke verhoging van de inbeslagnemingsdrempels;
· gratis notariële volmachten;
· de verlenging van de termijnen in het kader van de gerechtelijke verkopen en vrijwillige verkopen onder gerechtelijke vorm;
· de procedure van vereffening-verdeling via videoconferentie;
· de schriftelijke behandeling van de hogere beroepen voor de kamer van inbeschuldigingstelling;
· de tijdelijke versoepeling van de vereisten voor de identificatie van de ondertekenaars van authentieke akten die een gerechtelijk ambt of een ambt bij het Grondwettelijk Hof uitoefenen;
· de verlenging van de wettiging van de tijdelijke maatregelen betreffende de neerlegging van verzoekschriften;
· de verlenging van de termijnen om bewijsstukken over te maken in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand;
· de verlenging van de termijnen voor de procureur des Konings om advies uit te brengen in het kader van schijnsituaties en nationaliteitsverwerving;
· de maatregelen ter ondersteuning van de bestrijding van de gezondheidscrisis in de gevangenissen.