Kinderen uit “verboden” relaties mogen daarvoor niet gestraft worden

In een recente zaak had een koppel een kind gekregen in 2010, dat erkend werd door de vader in 2016. Toen ze wilden trouwen in 2021 bleek dat ze dezelfde moeder hadden, en dus halfbroer en halfzus waren. 

In zo’n gevallen mag het huwelijk niet doorgaan, en in dit geval vorderde het openbaar ministerie dat de erkenning van de vader moet worden vernietigd. 

De rechtbank stelde de vraag aan het Grondwettelijk Hof: is dat geen schending van de rechten van het kind? 

Het Hof antwoordde bevestigend: het kind mag niet opdraaien voor de verboden situatie waarin diens ouders zich bevinden. Het doel om incestueuze relaties te verbieden wordt niet gehaald door het kind te verbieden twee officiële ouders te hebben. 

Met andere woorden, in situaties waar het kind daar belang bij heeft, en erkend wenst te worden door de vader, mag de wet dit niet langer verbieden.