Geen vrijstelling van onroerende voorheffing zonder bewijs van onproductiviteit
Bepaalde onroerende goederen die tot het openbaar domein behoren kunnen in aanmerking komen voor een vrijstelling van de onroerende voorheffing. De voorwaarde van onproductiviteit mag hierbij niet over het hoofd gezien worden.

Het Wetboek van de inkomstenbelastingen bepaalt dat rechtspersonen alleen mogen worden belast op inkomsten die verband houden met hun activiteit, met inbegrip van de kadastrale inkomsten van hun in België gelegen onroerende goederen. Dit is althans het geval wanneer er geen wettelijke vrijstelling van onroerende voorheffing bestaat.
Het kadastraal inkomen van onroerend goed dat een deel uitmaakt van nationale domeinen, dat zelf geen winst oplevert en dat wordt gebruikt voor een openbare dienst of een dienst van algemeen nut, is vrijgesteld van de onroerende voorheffing.
Het Hof van Cassatie heeft zich op 25 november 2021 uitgesproken in deze zaak.
Het geschil tussen het Vlaamse Gewest en de Belgische Staat ging over goederen die tot het openbaar domein van de Staat behoren en goederen die tot het privédomein behoren en bestemd zijn voor een openbare dienst of het algemeen belang.
De rechter in hoger beroep had beslist dat deze percelen waren vrijgesteld van onroerende voorheffing. Hij had niet gecontroleerd of aan alle voorwaarden was voldaan. Met name de kwestie van de onproductiviteit op zich werd niet gecontroleerd.
Het Hof heeft de beslissing vernietigd en de zaak teruggewezen naar een ander hof van beroep.